Ruud Hendriks en Corné Kempenaar voor de kas

Op weg naar duurzaam produceren: de eco-technologische benadering van landbouw

Date

De Nederlandse landbouw staat onder druk. Door intensief bodemgebruik, klimaatproblematieken en afnemende biodiversiteit dreigt de rek uit ons  agrofoodsysteem te raken. Om de landbouw toekomstbestendig te houden, zullen we duurzamer moeten produceren. Ruud Hendriks (practor kringlooplandbouw) en Corné Kempenaar (lector precisielandbouw) leggen uit hoe zij bij Aeres aan die toekomstbestendigheid willen werken.

Het interview vindt plaats bij de hogeschoolfaculteit in Dronten. Als Corné binnenkomt vertelt hij dat hij eigenlijk een dubbele afspraak heeft. Er is ook een vergadering gaande van dronedeskundigen uit Nederland. “Sinds 2011 is het verboden om gewasbeschermingsmiddelen vanuit een vliegtuig te spuiten. Toen die wet inging stonden de ontwikkelingen in de precisielandbouw nog in de kinderschoenen. Tegenwoordig zet de landbouw steeds vaker drones in om pleksgewijs gewasbeschermingsmiddelen toe te dienen. Dat mag nu alleen als de drone met een touw vastzit aan de grond. De vergadering gaat over een voorstel voor een wetsaanpassing.”
Corné is naast lector precisielandbouw als senior onderzoeker verbonden aan Wageningen Universiteit & Research (WUR) en werkt hij een dag in de week voor het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb).

Even later loopt Ruud Hendriks binnen. Vanaf zijn werkplek aan de Wisentweg in Dronten was het maar een klein stukje fietsen naar de hogeschool. Ruud is sinds september practor kringlooplandbouw bij Aeres MBO. Daarvoor was hij vele jaren teamleider bij Aeres MBO Dronten Warmonderhof en de spil van de biodynamische opleidingen.

Natuur is de essentie van onze landbouw

In zijn position paper ‘Kringlooplandbouw’ schetst Ruud zijn visie op kringlooplandbouw en de veranderingen die daarmee gepaard gaan in de landbouw en in de maatschappij. Het basisidee van kringloop is dat materialen en grondstoffen telkens opnieuw worden gebruikt. Het is een systeem waarbij materialen niet ‘op’ raken. “De natuur is altijd de essentie van ons landbouwsysteem geweest. Dat begon duizenden jaren geleden met kleine raatakkertjes waar gewasresten teruggingen naar het land, om zo de bodemvruchtbaarheid te onderhouden. Omstreeks 1000 na Chr. ontstaat een meer regionaal georiënteerd landbouwsysteem met vee als mestleverancier. Tegenwoordig is ons landbouwsysteem volledig mondiaal georiënteerd.” Bij elke landbouwtransitie in het verleden werd de scope dus groter en volgens de practor hebben we nu de grens van de aardbol bereikt. “Het is niet mogelijk om de grondstoffen van nog verder weg te halen. We moeten af van het systeem waarin het gebruik van grondstoffen is gebaseerd op het vervoer van mineralen van het ene werelddeel naar het andere. Idealiter krijgen we een systeem waarbij de producten na gebruik weer de grondstoffen vormen voor een volgende cyclus.”

“De gedachte is niet langer: hoeveel vlees moeten we produceren om aan de consumptievraag te voldoen, maar wat kan het natuursysteem dragen en hoe passen we ons consumptiepatroon daarop aan?”

Ruud Hendriks, practor kringlooplandbouw bij Aeres MBO

Totaal andere benadering

Economisch perspectief was volgens de practor kringlooplandbouw jarenlang de drijfveer in de landbouw. “Dat verklaart de schaalvergrotingen van onze boerenbedrijven en het feit dat Nederland de tweede voedselexporteur ter wereld is. Bijna driekwart van alle producten die we hier produceren, exporteren we naar het buitenland. Daar staat tegenover dat we ook veel producten importeren.” Toch ziet hij een voorzichtige kentering. “Een tendens die ik steeds vaker waarneem, ook bij de WUR, is aandacht voor het ecologisch perspectief in de landbouw. De gedachte in bijvoorbeeld de veehouderij is niet langer: hoeveel vlees moeten we produceren om aan de consumptievraag te voldoen? Maar wat kan het natuursysteem dragen en hoe passen we ons consumptiepatroon daarop aan? Een totaal andere benadering dus.” Mogelijke oplossingen in die richting zijn er al. “Nederlanders eten dagelijks gemiddeld vijftig gram dierlijk eiwit. Een halvering naar 25 gram voldoet nog steeds aan de dagelijkse aanbevolen hoeveelheid. Het probleem is alleen dat de landbouw niet kan beïnvloeden wat de maatschappij consumeert.”

“De minister geeft de boeren nog geen duidelijkheid”

Corné Kempenaar, lector precisielandbouw bij Aeres Hogeschool

Omslag naar kringlooplandbouw in 2030

Met haar visie ‘Landbouw, Natuur en Voedsel: Waardevol en Verbonden’ zet landbouwminister Schouten koers naar een omslag naar kringlooplandbouw in 2030. Bij kringlooplandbouw komt zo min mogelijk afval vrij, is de uitstoot van schadelijke stoffen zo klein mogelijk en worden grondstoffen en eindproducten met zo min mogelijk verliezen benut. Corné is blij met de keuze voor kringlooplandbouw, maar vindt het jammer dat de minister de boeren nog geen duidelijkheid geeft hoe die omslag eruit gaat zien. “Boeren willen weten waar ze aan toe zijn en in hoeverre hun bedrijf toekomstperspectief heeft. Die duidelijkheid geeft de politiek op dit moment niet. Als we in Nederland echt de omslag naar kringlooplandbouw willen maken, zal dat voor veel boerenbedrijven ingrijpende gevolgen hebben en betekent het ook veel voor ons consumptiepatroon.”

"Voedsel is relatief goedkoop in ons land"

Corné Kempenaar, Lector Precisielandbouw  bij Aeres Hogeschool

‘Iedereen wil een Tesla’

Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek besteedt een doorsnee huishouden acht procent van het totale inkomen aan voeding. “Voedsel is in ons land relatief goedkoop. Dat komt omdat de huidige voedselprijzen geen afspiegeling zijn van wat de producten werkelijk zouden moeten kosten. Dat geldt zowel voor gangbare als biologische producten. Zolang de prijsopbouw van onze landbouwproducten blijft zoals die nu is, zullen consumenten hun consumptiegedrag niet snel aanpassen,” verwacht de lector.  Om dit te veranderen zal de politiek een meer sturende rol moeten spelen. “Ik vergelijk het een beetje met elektrisch rijden. Als je de kostprijs van zo’n auto berekent, gaat niemand elektrisch rijden. Maar met de subsidie van de overheid wil iedereen ineens een Tesla.”

Ruud en Corné in gesprek met elkaar

Helden van de kringlooplandbouw

Aeres wil haar studenten op tijd meenemen in de kringlooptransitie en focust daarom op kringlooplandbouw via een practoraat in het mbo. Ook bij Aeres Hogeschool is een lectoraat kringlooplandbouw in ontwikkeling. Het doel hiervan is om via onderzoek bij te dragen aan de doelen die er vanuit kringlooplandbouw worden gesteld en die kennis te delen met docenten, studenten en werkenden in het agrarische werkveld. Hoe gaat Ruud dit concreet aanpakken binnen zijn nieuwe practoraat? “Mijn eerste prioriteit zijn de docenten. Samen met hen ga ik definiëren wat we nou eigenlijk verstaan onder kringlooplandbouw. Als je niet uitkijkt wordt het een containerbegrip waaraan iedereen een eigen invulling geeft. Ik ga dus eerst werken aan een gezamenlijk beeld van kringlooplandbouw. Om het ook praktisch te maken, wil ik docenten mooie voorbeelden uit de regio laten zien. Dat kan een boer zijn die aan precisielandbouw doet, maar bijvoorbeeld ook een ondernemer die uitsluitend regionaal produceert. Mijn ervaring is dat het veel impact heeft als ondernemers vol bezieling spreken over de successen en mislukkingen van hun eigen bedrijf. Dat zal de docenten zeker inspireren en hen ook helpen om studenten enthousiast te maken voor kringlooplandbouw. Jongeren willen helden zien.” Al vragen veel studenten zich volgens de practor ook af wat het economisch perspectief van kringlooplandbouw is. “Dat is een terechte vraag waarop het antwoord nog wel lastig is, zolang de politiek kringlooptransitie nog niet financieel onderbouwt. Ik ben benieuwd of de partijprogramma’s voor de komende Tweede Kamerverkiezingen daar concreter in worden. D’66 neemt nu het voortouw, maar het zal veel breder gedragen moeten worden.”

“Studenten vragen zich af wat het economische perspectief van kringlooplandbouw is"

Ruud Hendriks, practor kringlooplandbouw bij Aeres MBO

Precisielandbouw als managementconcept

Ook precisielandbouw is een breed begrip. Corné vertelt dat veel mensen bij precisielandbouw alleen aan techniek denken. “Op de markt zijn tegenwoordig veel commerciële bedrijfjes actief die technische tools aanbieden voor precisielandbouw. Boeren kunnen bijvoorbeeld al voor 150 euro een scan van hun perceel laten maken. Maar als die boeren geen handvatten krijgen hoe ze die scan moet interpreteren, hebben ze eigenlijk niets aan die techniek.”
Precisielandbouw draait volgens de lector om de combinatie techniek en biologie. “In ons lectoraat werken we bijvoorbeeld aan een rekenmodel om het aandeel organische stoffen in de bodem in kaart te brengen. Op plekken waar te weinig organische stoffen zijn, kan de boer ervoor kiezen compost toe te dienen, en zo variabel te doseren. Een andere mogelijkheid, is dat de boer rekening houdt met de groeidichtheid op bepaalde stukken land en de zaaidichtheid daarop aanpast. Dit betekent dat de opbrengst weliswaar wat lager zal zijn, maar daar staat tegenover dat hij minder kosten heeft voor bemesting. In plaats van de standaardoplossing maakt de boer dus een ecologische keuze. Die ecologische waarden combineren we steeds vaker met de economische waarden in de rekenmodellen. Zo wordt precisielandbouw een managementconcept om de bedrijfsvoering te optimaliseren en te sturen op de variatie die er binnen een bedrijf is.”

Het verhaal van Corné laat zien dat het vak boer ingewikkeld is geworden. “De moderne boer is hoog opgeleid en moet van vele markten thuis zijn en complex kunnen denken. Niet iedereen die van huis uit is opgegroeid op een boerenbedrijf kan de transitie bijbenen die nu in de landbouw gaande is. Een deel van hen zal hoogstwaarschijnlijk afhaken.”

Precisielandbouw in de toekomst
Duurzaam produceren
Prijzen van voedsel in de supermarkt

Meebewegen in de markt

Wat betekent de transitie voor onze studenten? Corné: “Voedsel blijft noodzakelijk en daarom zal de agrofoodsector altijd een belangrijke motor van onze economie blijven. Van toekomstige professionals wordt verwacht dat zij kunnen meebewegen met de ontwikkelingen in de markt.” De lector trekt de lijn door naar het opleidingsaanbod van Aeres Hogeschool. “In de omslag naar duurzaam produceren vloeien agrotechniek en teelt steeds meer ineen. Als ik naar het opleidingsaanbod van Aeres Hogeschool kijk, pleit ik ervoor om de opleidingen Agrotechniek & Management en Tuin- & Akkerbouw samen te voegen. Toekomstige professionals hebben kennis van beide vakrichtingen nodig.”

Betaalde diensten voor boeren

Tot slot. Als we over tien jaar naar de landbouw in Nederland kijken, wat zien we dan? Ruud verwacht dat de intensieve veehouderij van vooral varkens en kippen dan flink is afgebouwd. “In de akkerbouw zien we meer teeltsystemen zoals strokenteelt en een diverser beeld in gewaskeuzes, waaronder eiwitgewassen. In 2030 zijn we denk ik ook zover dat een deel van de menselijke fecaliën als reststroom terugkeert in de landbouw. De energietransitie in de landbouw zet verder door. Een andere belangrijke verandering is volgens mij dat boeren betaald krijgen, waarschijnlijk via subsidies, voor diensten die ze leveren, of dat nu CO₂ binding, waterbuffering of landschapsbeheer is.”
Corné hoopt dat het verschil tussen gangbare – en biologische landbouw over tien jaar is verdwenen. “Op het gebied van onkruidbestrijding vinden beide disciplines elkaar al. Mechanische onkruidbestrijding via onkruidrobotjes is nu sterk in ontwikkeling. De afweging moet zijn: doen we het duurzaam. Soms kan het gebruik van een beetje chemie duurzamer zijn dan vele uren handwerk.”

Als we na anderhalf uur afscheid nemen, pakt Corné zijn laptop om de uitkomst van de dronevergadering te bekijken en stapt Ruud op zijn faculteitsfiets richting Wisentweg.